Wat is vacuümglas?

Vacuümglas bestaat uit twee glasplaten waartussen zich géén isolatiegas, zoals Argon bij HR++ glas, maar een vacuüm bevindt. Een vacuüm isoleert zeer goed. Zo goed, dat convectie en geleiding zo goed als onmogelijk worden gemaakt en warmtetransport alleen nog door middel van straling kan plaatsvinden. Naast het feit dat vacuümglas warmte-isolerend werkt, is het ook een zeer goede geluidsisolator. Vacuümglas is dunner dan HR++ glas en kan daardoor bijna altijd toegepast worden in de al aanwezige kozijnen of gelijk met nieuwe kozijnen worden geplaatst. Bij enkelglas en verouderd dubbelglas ontstaat er vaak condensvorming aan de binnenzijde van het glas, als het buiten koud is. Dat is bij vacuümglas niet meer het geval en kan er zelfs condens aan de buitenzijde vormen. 

Tussen de glasplaten zitten afstandhouders om ervoor te zorgen dat de platen niet tegen elkaar komen, dit zijn kleine zwarte bolletjes. Van een afstand zijn deze bijna onzichtbaar, van heel dichtbij zie je deze als minuscule stipjes.

Een mogelijke toepassing voor vacuümglas is in een monumentaal pand of een pand in een beschermd dorps-/stadsgezicht waar aanpassingen aan de kozijnen vaak niet gewenst zijn. Doordat het vacuümglas slechts 8,3 mm dik is en een hogere isolatiewaarde heeft in vergelijking met dun dubbel glas of monumentenglas, kan het heel goed in oudere kozijnen toegepast worden en toch zorgen voor een verbetering van de isolatiewaardes en verhoging van het comfort. Ook bij moderne, smalle metalen kozijnprofielen kan prima vacuümglas gebruikt worden.